19 kunstenaars bundelen krachten in afwisselende papierexpositie
Het Westfries Museum opent zaterdag 5 juli een expositie waaraan maar liefst 19 kunstenaars hebben meegewerkt. Iedere kunstenaar toont zijn eigen werk, maar het is de liefde voor een alledaags materiaalsoort dat de kunstenaars bindt: papier, in alle denkbare artistieke verschijningsvormen. De expositie toont intiem, verrassend, speels, grotesk en vertederend werk, hoeden en installaties gemaakt van papier en verwijzend naar de titel van dat oer-Hollandse liedje: “Hoedje van papier”.
Vlieland
De oorsprong van dit bijzondere kunstenaarscollectief is geografisch bepaald. Op Vlieland een aantal jaren geleden is de grondslag gelegd voor het “Hoedje van papier” als artistiek concept. Een daadwerkelijk hoedje, gekocht op een zomerdag op Vlieland, ter bescherming tegen de priemende zon en ter verkoeling op deze warme zomerdag. Het hoedje bleek gemaakt van papier, een alledaags, kwetsbaar materiaal, dat in de juiste vorm verrassend veel bescherming kan bieden. Tineke Fischer (Heerenveen) heeft dit tweezijdig concept, hoedjes van papier, opgepakt. Ze is samen met maar liefst 20 kunstenaars tot een afwisselende en verrassende collectie gekomen, die vanaf 5 juli tot en met 7 september 2014 in het Westfries Museum te zien is.
De legende van Cai Lun
Startpunt van de expositie zijn honderd papieren hoedjes met Chinese karakters, deze verhalen over de legende van Cai Mo. De installatie verwijst naar de wortels van het hedendaagse papier, die haar oorsprong vindt in China. In het jaar 105 na Christus, schepte Cai Lun voor het eerst papier uit een mengsel van textielvezels, de bast van de moerbeiboom en water. Dit procedé verspreidde zich over China, Korea, Japan en vond uiteindelijk in de 12e eeuw zijn weg via het Arabisch schiereiland naar Europa. Bij Xativa (Spanje) werd in 1144 voor de eerste maal papier gefabriceerd. Deze uitvinding was van wezenlijk staatsrechtelijk belang, zowel in China als ook in Middeleeuws Europa.
Dialoog
Van kunstinstallatie tot babyhoedje, van hoedjes op het platte vlak tot veelkleurig en doordringend drie dimensionaal: hoe de Hoedjes van Papier ook gevormd zijn, in het Westfries Museum gaan zij de dialoog aan met de 17e eeuwse collectie. In de tijdelijke expositiezalen is plaats voor de grotere, veelkleurige kunstinstallaties en werken op het platte vlak maar ook kwetsbare hoeden zijn hier van dichtbij te bekijken. In het 17e eeuwse deel van het Westfries Museum vormen de intieme ruimtes zoals het rariteitenkabinet, de taveerne, de kinderkamer en de Boerenpronkkamer, een bijzondere plek voor de hoedjes van papier. Een verrassende wisselwerking tussen moderne kunst en objecten uit de Gouden Eeuw is het krachtige resultaat.
Drijvende hoeden
De hoed als beschermer maar tegelijk een teken van waardigheid: dat is de boodschap die Tineke Fischer (Zwaagdijk, 1947) wil overbrengen met een openbaar kunstwerk, bestaande uit drie grote drijvende hoeden. Deze hoeden zijn gemaakt van moderne materialen en te zien in het water van de Hoornse binnenstad, de Appelhaven. Inspiratiebron zijn 8 vilten hoeden, te zien in het Westfries museum. Het zijn bodemvondsten, daterend uit 1580-1600 en gevonden in het Hoornse havengebied. Deze vilten hoeden bieden een boeiend kijkje in het alledaags leven van de vroege Gouden Eeuw. De bijzondere vorm, de oorsprong van deze hoeden als gebruiksvoorwerp voor zeelui en vissers en het zachte maar in principe waterdichte en sterke materiaal: Tineke Fischer heeft deze kenmerken aangegrepen om een monument, in de vorm van drie drijvende hoeden, te maken voor hen die niet terugkeerden van de zee. Een postuum eerbetoon aan deze moedige Horinezen en een verwijzing naar de 8 vilten hoeden, te zien in de kelders van het Westfries Museum.
